Hoe is een hart opgebouwd?
Het hart is één van de belangrijkste organen in het lichaam. Met de afmetingen zo groot als een vuist zorgt het ervoor dat het bloed doorheen het lichaam wordt gepompt. Het bloed dat doorheen de slagaders en aders stroomt is het transportmiddel van zowel zuurstof als voedingsstoffen en afvalstoffen.
Er zijn 4 belangrijke delen in het hart : we hebben een rechter -en linkervoorkamer en een rechter -en linkerkamer. De rechter -en linkerkant worden steeds van elkaar gescheiden door een tussenschot. Dit kan je ook zien op de afbeelding. Daarnaast bestaan er ook nog 4 hartkleppen. Deze zorgen ervoor dat het bloed de juiste richting kan uitstromen en niet kan terugstromen van de ene in de andere kamer.
Hoe werkt het hart nu precies?
In het hart komt er zowel zuurstofarm als zuurstofrijk bloed toe. Het zuurstofarm bloed is afkomstig uit zowel organen als spieren. Die gebruiken de zuurstof om energie te kunnen aanmaken voor onze lichaamsactiviteit. Eens de zuurstof uit het bloed is gehaald, keert het bloed terug naar het hart. Zo komt het bloed via de bovenste en onderste holle ader binnen in het rechterdeel van het hart. Van hieruit gaat het bloed naar de longen via 2 hartkleppen, om zo weer van zuurstof te kunnen worden voorzien. Het nu zuurstofrijke bloed stroomt via de longaders terug naar het hart, het linkerdeel van het hart binnen. Dit is de kleine bloedsomloop.
Naast de kleine bloedsomloop is er ook nog een grote bloedsomloop. Hierbij zal het zuurstofrijke bloed die binnen kwam in het linkerhart naar het lichaam worden gestuwd, waarbij de organen en spieren de zuurstof weer gebruiken om energie vrij te zetten. Na het afleveren van de zuurstof vloeit het zuurstofarme bloed via de aders terug naar het rechterhart.
Het verschil tussen een foetus en een geboren kind
In de buik werkt het hartje van je kind niet zoals het werkt als wanneer hij/zij geboren is. Aangezien je kind nog niet ademt in je buik, werken de longen niet. Dit maakt dat de bloedsomloop zoals hierboven uitgelegd, niet mogelijk is.
Gelukkig zijn er enkele extra verbindingen en openingen aanwezig die dit dus wel mogelijk maken. Deze verdwijnen dan wel weer wanneer we voor het eerst ademhalen en het zuurstofgehalte stijgt. Via de navelstreng die verbonden is met de placenta ontvangt de foetus zuurstofrijk bloed. Dit zuurstofrijk bloed komt binnen in het rechterhart. Normaal gezien komt het zuurstofarme bloed vanuit het lichaam daar toe en gaat dit bloed dan via het rechterhart naar de longen. Aangezien de longbloedvaten nog dichtgeknepen zitten, gaat het bloed dus maar beperkt naar de longen.
Zit het bloed dan vast in het rechterhart? Helemaal niet!
Tijdens de zwangerschap heeft het hart van je kind een gaatje tussen de rechter -en linkervoorkamer (foramen ovale),
waardoor het bloed zo toch rond gevoerd kan worden naar het lichaam. Daarna keert het zuurstofarme bloed via de navelstreng terug naar de placenta, om zo weer van zuurstof voorzien te worden.
Daarnaast is er ook nog een andere verbinding. Dit heet de ductus arteriosus. Deze verbindt de grote lichaamsslagader (aorta) met de longslagader. Deze zorgt er samen voor met het foramen ovale dat het bloed toch via het rechter- naar het linkerhart naar het lichaam wordt gebracht.